
- Dit evenement is voorbij.
#315 | dr. Jaap Evert Abrahamse en dr. Rik Feiken – ‘Driftig veen en onderaards bos’ Nicolaas Witsen, het landschap van Amstelland en de grondbeginselen van de moderne geologie
januari 14, 2020 @ 20:00 - 22:00
Nicolaas Witsen (1641-1717) is niet alleen bekend als een invloedrijk bestuurder en diplomaat – hij was onder meer dertienmaal burgemeester van Amsterdam – maar ook als een veelzijdig onderzoeker en verzamelaar met een vrijwel universele belangstelling. Zijn bekendste publicaties zijn Aaloude en hedendaagsche scheepsbouw en bestier en Noord en Oost Tartarye, waarin Siberië en de omliggende gebieden worden beschreven vanuit een veelheid van invalshoeken.
Bij zijn keuze van onderwerpen speelden naast zijn vele wetenschappelijke interesses ook de economische en praktische belangen van Amsterdam een rol: de uitbreiding van de handel, de techniek van schepen en waterbouwkundige werken. Witsen hield zich bezig met geografie, cartografie, zeevaart en scheepsbouw, maar ook met vakgebieden als etnografie, taalkunde, geschiedenis, botanie, zoölogie en sterrenkunde. Abrahamse en Feiken hebben in een recent artikel een aspect van Witsens werk belicht dat tot nu toe geen aandacht heeft gekregen: zijn geologische en archeologische observaties in Amsterdam en Amstelland, opgetekend in het manuscript Natuer van de gront rontsom Amsterdam, door mij in de jeugt opgestelt, dat wordt bewaard in het Stadsarchief.
Het ongepubliceerde manuscript beschrijft een aantal onderzoeken die Witsen als jonge man liet uitvoeren in en rond Amsterdam. Uit dit handschrift blijkt dat Witsen al in zijn jeugd was geïnteresseerd in geologie en oudheidkunde. Kennis uit deze domeinen kwam hem later van pas in zijn bestuurlijke carrière: in Witsens tijd was het gebruikelijk dat bestuurders niet alleen besluiten namen, maar zelf bedreven waren in de techniek, de financiering en het management van complexe projecten.
Het manuscript is niet alleen interessant vanwege Witsens waarnemingen in de bodem in Amsterdam en omgeving, maar ook als wetenschapshistorisch document: het manuscript van Witsen bevat elementen waaruit blijkt dat de auteur aan de basis stond van de moderne geologie. Witsens manuscript getuigt van een scherp waarnemingsvermogen en een strikt wetenschappelijke methodiek. Hij combineert filologie met empirie – waarbij hij beduidend meer gewicht toekent aan het tweede. Witsen beschrijft hoe door de tijd heen lagen zand en klei werden afgezet en veen werd gevormd en hoe die lagen door elkaar en door menselijk ingrijpen werden beïnvloed. Zijn manuscript laat een opvatting zien van de aarde als dynamisch systeem. Dat idee ligt aan de basis van de moderne geologie, die de ouderdom van aardlagen tracht af te leiden uit de stratigrafie. De basisprincipes van de stratigrafie, in 1669 beschreven in de beroemde Prodromus van Witsens vriend Nicolaus Steno, zijn terug te vinden in Witsens manuscript. Daarmee is dat de eerste schriftelijke neerslag van het denken achter de Wetten van Steno, die moeten zijn voortgekomen uit de ideeënuitwisseling tussen beiden. Daarmee wordt het manuscript van Witsen onderdeel van de wetenschappelijke revolutie van de zeventiende eeuw.
Jaap Evert Abrahamse studeerde architectuur- en stedenbouwgeschiedenis en promoveerde in 2010 aan de Universiteit van Amsterdam op het proefschrift De grote uitleg van Amsterdam. Stadsontwikkeling in de zeventiende eeuw (Making of a Metropolis. A planning history of Amsterdam in the Dutch Golden Age). Hij werkt als senior onderzoeker stedenbouwgeschiedenis bij de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed.
Rik Feiken studeerde archeologie en fysische geografie. Hij promoveerde in 2014 aan de Rijksuniversiteit Groningen op het proefschrift Dealing with biases. Three geo-archaeological approaches to the hidden landscapes of Italy. Hij werkt als archeoloog (specialist late prehistorie Holoceen Nederland) bij de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed.